Overleg met Vestia en de gemeente

Na de vergadering van vorige week is aan Vestia gemeld welke punten volgens de bewonerswerkgroep nog aangepast moeten worden. Donderdagavond zijn enkele leden van de werkgroep strategie bij Vestia geweest, om hun reactie op deze punten te horen. In plaats dat we dichter bij elkaar kwamen, bleek dat we alleen maar meer van mening verschilden. Nieuw was namelijk dat Vestia opeens een heel andere voorstelling van renovatie heeft dan ze tot nu toe steeds aan ons gesuggereerd hebben.

De bewonerswerkgroep is steeds uitgegaan van een ingreep die is voorgesteld in het renovatieonderzoek. Bij die ingreep worden de portiekwoningen niet vergroot, maar wel ingrijpend gerenoveerd om weer een periode van bijvoorbeeld 25 jaar mee te kunnen. De woningen krijgen een huur die aanzienlijk lager ligt dan de huur van een nieuwe woning. Omdat de huursprong daardoor ook een stuk kleiner is, zijn deze woningen geschikt voor bewoners die weinig of geen huurtoeslag krijgen. Vestia zegt nu de in het renovatieonderzoek voorgestelde ingreep geen goede oplossing meer te vinden vanwege de verhouding tussen kosten en kwaliteit. Het enige wat Vestia wil is een beperkte onderhoudsbeurt (bijvoorbeeld schilderwerk en een nieuwe keuken) is afwachting van sloop over een jaar of tien. Maar dat is in de ogen van de bewonerswerkgroep helemaal geen renovatie. In het overleg met de bestuurders van Vestia en de gemeente zal een goede renovatie daarom een belangrijk onderhandelingspunt worden.

Wat betreft de andere punten is de stand van zaken als volgt:

§         De vervroegde verhuiskostenvergoeding voor bewoners uit latere deelplannen is mogelijk als hun huidige woning tijdelijk kan worden verhuurd. Op grond van de leegstandswet mag tijdelijke verhuur gedurende maximaal vijf jaar. De bewonerswerkgroep verwacht dat we hier in de meeste gevallen niet boven zullen komen. Dit punt is daarmee voldoende opgelost.

§         De eisen met betrekking tot de passendheid van het inkomen zijn onlangs zo aangepast, dat iedereen met een bruto inkomen van minder dan € 4.300,- per maand mag doorschuiven naar een sociale huurwoning. De verwachting is dat slechts een zeer beperkt aantal bewoners een inkomen boven het genoemde bedrag hebben. De bewonerswerkgroep vindt dat ook dit punt daardoor voldoende is opgelost.

§         Vestia wil nog steeds geen regeling voor huurgewenning accepteren voor bewoners die geconfronteerd worden met een hoge huursprong. De bewonerswerkgroep vindt zo'n tegemoetkoming wel belangrijk en zal dit opnieuw duidelijk maken.

§         Vestia wil bewoners die noodgedwongen tijdelijk doorschuiven naar een woning buiten de wijk, bij terugkeer geen tweede keer verhuiskostenvergoeding geven. Als reden daarvoor noemt Vestia de kosten, die dit met zich meebrengt. Volgens de bewonerswerkgroep kunnen de kosten beperkt blijven, als Vestia voldoende inzet pleegt om bewoners binnen de Bomenwijk te laten doorschuiven. Daarom zal ook dit punt opnieuw aan de orde gesteld worden.

Volgende week maandagavond 23 januari is de finale onderhandelingsronde met directeur Gert den Ouden van Vestia en wethouder Rik Grashoff. Vanuit de bewonerswerkgroep zullen de leden van de werkgroep strategie aanwezig zijn.